zaterdag 3 mei 2008

Grande Galerie

Een museum vol opgezette dieren. Je zou er haast een partij tegen oprichten. Op verjaardagswens van Coos bezochten we het "Musee National d'Histoire Naturelle", gelegen aan een van de uiteinden van de Jardin des Plantes (we zijn nog steeds , al duurde het een dikke dag, in Parijs). Er was ons een soort evolutionaire optocht op de affiches beloofd, doch binnen bleek het een bonte verzameling van allerlei geprepareerde dieren te zijn. (Ik moest even denken aan Frank Westermans "El Negro" waarin hij de gang van zaken rond de laatste opgezette neger beschrijft. Waarom wel dieren en geen mensen ? bedacht ik me in Thieme-termen. ) Het gebouw, waarin de Grande Galerie de l'Evolution te zien was, was van een indrukwekkende pracht. Zo bouwde men toen musea waarin men echt wat kwijt kon. Gelambrizeerd van top tot teen, mooi ijzerwerk van binnen en een bijzonder licht doorlatend dak. Het hele gebouw is nogal donker gehouden omdat teveel lichttoetreding de opgezette beestenvelletjes doet verkleuren. Sommige zalen zijn zelfs duister en daarin zijn alleen de details uitgelicht. Dat leverde het beeld van dit aapje op. Intrigerend om te ervaren wat de mens zoal niet verzameld heeft om de natuur en zijn geschiedenis te doorgronden. Observeren, vergelijken, categoriseren, het museum laat je "the basics of science" als het ware voelen. Wetenschappelijke nieuwsgierigheid, koloniale hebzucht en decoratieve waarde vermengen zich in dit museum op wonderbaarlijke wijze. Een elixer van wat we zoal najagen.

vrijdag 2 mei 2008

Gehandicaptenhummer

 
Ooit wist ik na het overlijden van Cor geld terug te krijgen voor een gehandicaptenparkeerkaart. En sindsdien ga je onwillekeurig op die kaarten letten. Enkele maanden geleden stapte ik mijn kantoor uit en even verder op stond een Hummer geparkeerd. In de verte zag ik als iets blauws schemeren achter de ramen. Dichterbij gekomen bleek het inderdaad een invaliden-parkeerkaart. Je ziet invaliden in van die scootmobiels en van die kleine autootjes die maar 40 mogen en een bromfietskenteken hebben. Deze invalide had het duidelijk beter voor elkaar. Zou zo'n kaart ook aan geestelijk gehandicapten worden afgegeven, vroeg ik me nog wel af.
Posted by Picasa

donderdag 1 mei 2008

Extra Dimensie

 
We waren ´s middags in Parijs aangekomen. Onmiddellijk de achter ons hotel gelegen Montmartre beklommen en daarna leuk uit eten in een wijketablissement. De dames waren vermoeid van reis en eerste stadsindrukken. Ik ging er om half tien nog met de mannen op uit, de metro in en naar de Arc de Triomphe. Deze was nog open en we klommen de paar honderd treden kwiek omhoog. Bovengekomen kraaiden de jongens het uit van bewondering en plezier. Hier lag de lichtstad aan hun voeten. Bart, die al wat had lopen mokken over dat het rond ons Hotel geen echte stad was met al die kleine straatjes, bloeide op. En meer dan enthousiast riep hij bij een blik op de Champs Elysees uit:"Dit is net 3D" Ik zei:" dit is niet net 3D, dit is 3D`, maar dat ontging Bart, die de wereld als het ware door zijn computerscherm beschouwd, toch totaal.
Posted by Picasa

zaterdag 26 april 2008

Antroponymie

Coos heeft ooit van ons een abonnement op Kidsweek gekregen. Opdat ze een beetje bijblijft en zich op jeugdige leeftijd verdiept in het nieuws. Deze week was de krant voorzien van een bijlage, het vijfjarig bestaan werd gevierd met een interviewreeks van kinderen van Bekende Nederlanders. De begeleidende foto's, uiterlijken en kleding van BN'ers en hun kinderen vertoonden opvallend veel gelijkenis. Zonder Hans Ubbink-bloes of colbert doe je als BN'er niet mee. De grachtengordelgeur ademt je vanaf alle pagina's tegemoet, Nouvelle Bourgeoisie.En je kinderen een aardige naam geven dat lijkt het ultieme doel van de BN'er. Moos en Moon van Leon en Jessica, Splinter en Storm van Chabot, van dat soort namen. Antonie en Isa maakten het met hun eerste, Merlijn, nog niet zo bont. Maar hun jongste dochter hebben ze “Vlinder” genoemd. Coos reageerde ad rem en met een flinke dot ironie in haar stem. “Hallo Vlinder, ik ben Lieveheersbeestje”.

Bij “Het Bureau”, het Meertens Instituut, doet men serieus aan naamkunde. En waar het persoonsnamen betreft heet dat officieel de Antroponymie. Ik citeer een passage uit hun wetenschappelijke voorlichting: Het naamkundig onderzoek op het Meertens Instituut concentreert zich op aspecten waarin synchrone variatie aanwijsbaar en relevant is. Op het gebied van voornamen richt de aandacht zich onder meer op de motieven - in het bijzonder de invloed van idolen - en de esthetische normen bij de tegenwoordige naamkeuze, en op naamgeving bij etnische minderheden.
De invloed van Idolen, ja we zijn terug bij de BN'ers. Ik heb een aanvullende onderzoeksopdracht voor het Meertens Instituut. Zouden we ons bij naamgeving ook laten beinvloeden door de namen die idolen aan hun kinderen hebben gegeven ? Zo ja dan zie ik in de nabije toekomst nog veel meer Vlinders vliegen.
(het abonnement op Kidsweek wordt in heroverweging genomen)

donderdag 24 april 2008

Onvermogen

Gisteren kopte NRC dat de Nederlandse beleggers de afgelopen tijd, vanwege de kredietcrisis, 83 miljard euro hebben verloren. Ik vind dat fantastisch. Beleggen is lui geld verdienen. Je hoeft er niks voor te doen en niks voor te kunnen. Alleen een boel geld hebben. Ik kom uit een middenstandsgezin waarin ondernemen vanzelfsprekend was, geld werd niet belegd maar geinvesteerd. Er werd mee ondernomen. Niet zielig achter een schermpje zitten staren hoe de koersen zich ontwikkelen, geen couponnetjes knippen en aandelhoudersvergaderingen bezoeken. Maar de handen uit de mouwen, creatief en enthousiast.
De hele financiele sector is windhandel. En er worden steeds ander geurende windjes uitgevonden om beleggers tevreden te stellen en te lokken. Casinokapitalisme, de beleggers die zoeken naar steeds hogere rendementen voor hun rottende kapitaaltjes, het is de motor achter alle financiele constructies waaraan de financiele sector nu bezwijkt. Ingewikkelde verzinsels die meer te maken hebben met een loterij, een pyramidespel, dan met geld steken in kansrijke ondernemingen, duurzaam produceren of interessante innovaties. Het tij kan alleen maar keren door internationaal dit soort constructies rigoureus te verbieden. De kredietcrisis laat het onvermogen van het marktkapitalisme zien. Wanneer daar louter de beleggers de dupe van worden steek ik de vlag uit. Het zal wel worden afgewenteld op de onderste laag van de pyramide. Business as usual.

dinsdag 22 april 2008

Beugels en bruggetje


Vanochtend zat ik in een overvolle trein en moest me daarom noodgedwongen nestelen op een bankje op het balkon. In Amersfoort kwam een man naast me zitten, ik schat een jaar of veertig. We raakten aan de praat over het reizen in het openbaar vervoer. Het was me al opgevallen dat hij een beugel droeg. Het werd nog eens bevestigd door een terloopse opmerking dat hij deze week bij de orthodontist geweest was. Ik moest denken aan mijn collega Harry, ook al midden veertig die zijn beugel onlangs "uit" mocht. Mannen van middelbare leeftijd met een beugel, spookte het door mijn hoofd, zou het een nieuwe trend zijn. Ik repte ooit al over de bodytrimmer en de ontharingsgolf bij mannen maar nu kwam ook de gebitsregulatie binnen. Cosmetische ingrepen bij de mannen van mijn, nou ja iets jongere, leeftijd lijken gemeengoed te worden. De orthodontisten hebben niet meer genoeg aan de jonge pubermarkt maar strekken hun klauwen even machtig uit naar de volwassenen. "Een gezonde geest in een mooi lichaam", om maar een van de slogans van de turnbeweging, waarin ik ooit verkeerde, te parafraseren. Net zoals bij wellicht te begrijpen cosmetische ingrepen als te grote of heel erg kleine borsten, een overbite of centenbak van hier tot Markelo, verlegt de grens zich en de laat zich de vraag stellen of je die wel kunt bepalen. Schoonheidsidealen zijn van alle tijden. Grote mannen met beugels het is even wennen. Nog even en je bent een loser met je scheve bek.
Denkend aan beugels, en nu komt het bruggetje, moest ik denken aan Grolsch-beugelflessen. 'n Grollemenneke, noemde mijn vader ze liefkozend. En als hij ze in een glas uitschonk maakte hij een "witpetje". Voor mij zijn die Grolsch-flesjes, ik tast nu in de koektrommel van mijn geheugen, verbonden met onze bezoeken aan de motorcross in - alweer- Markelo. Rond de Leemkuil was een fraai parcours waarop in mijn jeugd Europese en Wereldkampioenschappen werden verreden in pakweg de 125 en 500 cc klasse. De stem van Henk Timmer schalde door de opgestelde luidsprekers. Met mijn broer en vader verkenden we het parcours en zochten naar een plek waarin we crossers goed konden zien. Zonder proviand ging zo'n dag niet. Een plastic box met harde eieren, boterhammen in zilverpapier (hoezo aluminiumfolie) en twee Grolsch Beugelflesjes. Een voor Pa, met bier, en 1 voor ons gevuld met chocolademelk van Nutricia. Het lawaai van aanstormende motoren en de geur van benzine en uitlaatgassen in het fraaie bos op de Herikerberg. We genoten met volle teugen, echt oosters plattelandsgevoel, waarin de motor zo'n bevrijdende rol speelt.
Maar dat lawaaiig en geurend door de bossen crossen kan nu natuurlijk niet meer door de beugel. Daar zetten we liever onze tanden in.


(P.S. aanvullend bruggetje: In 1977 won Gerrit Wolsink, zie foto, de kampioenschappen in Markelo. Dertien jaar later zat ik mij hem in de tandartsstoel in Lochem. Gewoon "trekken" was toen nog het devies.)

donderdag 17 april 2008

Emothermografie

In de krant stond een "infraroodfoto" van de daken van Nijmegen. Met behulp van dakthermografie kan zo vanuit de lucht worden bekeken welke gebouwen veel dan wel weinig warmte via het dak verliezen. De milieu-big-brother komt overvliegen.
Nog even en de infraroodcamera toont aan dat ik te weinig empathie uitstraal.

Melancholie

Hij loopt iedere dag uren met zijn hond. Een gepensioneerde postbode bij ons uit de buurt. Hij houdt er met zijn zwarte herder altijd een stevig marstempo op na. Voorzover je zoiets
aan de buitenkant kan zien is het een lieve en zachtaardige man. Altijd op pad met een minstens zo aardige zwarte herder. We groeten elkaar altijd vriendelijk. Vanochtend toen ik met de glazenwasser afrekende kwam hij langs, nu met een herderpuppy aan zijn lijn. Ik zei: "He een nieuwe hond, is de ander soms overleden? Hij was ook al oud he? ", voegde ik er meteen in cliche-rouwbeklag aan toe. "Pas negen jaar. Hij is overleden aan een kastanje, die in zijn dunne darm vast bleef zitten." We spraken wat over zijn oude herder en hij was er nog zichtbaar kapot van. "Alsof je een kind verloren hebt.."
Zijn kinderen hadden hem snel na het overlijden van de zwarte herder een nieuwe hond gegeven, de puppy die aan onze voeten lag, poezelig, negen weken oud.
Toen ik vanmiddag terugkwam van de stad zag ik hem verderop bij het viaduct weer lopen met zijn hondje. Nu niet in het gewoonlijke marstempo. Hij liep er een beetje onhandig bij terwijl de puppy vrolijk opsprong en hapte naar de riem.
Ik moest denken aan de bespiegelingen over april die Martin Bril gisteren in zijn column neerschreef. Het tafereel symboliseert april. De ouder wordende postbode, beroofd van zijn lieve zwarte herder, maar wat klunzig in de weer met die speelse jonge harige hond. Of, om met de door Bril aangehaalde T.S. Elliott te spreken:"April is the cruellest month, breeding lilacs out of the dead land, mixing memory and desire"

zondag 13 april 2008

Verlichtende Geest

Op zoek naar een afbeelding van Coorte's schilderijen kwam ik op een weblog van een Portugese mevrouw. Ze verzamelt afbeeldingen van oude schilderijen. Toen ik enkele links op haar site volgde kwam ik bij haar verzamelingen op Flickr. En daar trof ik ergens het beroemde beeld van Cupido en Psyche aan, van de hand van Antonio Canova. De witte vleugels van Cupido kende ik natuurlijk al, maar van de dubbele betekenis van Psyche had ik nog geen weet. Ik heb slechts “burgerschool” gedaan. Psyche is zowel het Grieks voor geest als voor vlinder. En dan ben ik waar ik de komende tijd nog wel eens zal zijn. Psyche draagt op tal van kunstwerken, er zijn honderden voorstellingen van deze mythe gemaakt, vlindervleugels. Toch kwam ik weer uit bij een beeld van Canova, tentoongesteld in Bremen, waar Psyche de vleugels van een vlinder teder samendrukt in haar vingers. Ik interpreteer het als een vorm van bezwering: opdat de geest niet van haar wegfladdert. Ze houdt zich zelf vast.

Het verhaal van Cupido en Psyche bevat vele aardige details.
(1)In de nabijheid van Psyche verwondt Cupido zichzelf met een van zijn pijlen waardoor hij smoorverliefd op de schone prinses wordt.
(2)Hij bedrijft de liefde met Cupido maar doet dit in het donker, waardoor zij niet weet dat het Cupido zelf is die haar bemint. Ze wint advies in bij haar zussen. Die raden haar aan een olielampje naast het bed te zetten en dit 's nachts te onsteken als haar minnaar in slaap is gevallen. Zo gezegd, zo gedaan. Ze ziet de slapende Cupido in het schijnsel, maar laat tegelijkertijd een druppeltje hete olie vallen op zijn schouder vallen. Hij wordt wakker en dan begint een ellendige episode. In iedere samenvatting die ik las figureert dat druppeltje hete olie, heerlijk.

Dames, pas toch op met peterolielampjes, ga in duisternis vreemd en luister slechts naar het ruisen van onze vleugels wanneer wij ons naast u vleien.

vrijdag 11 april 2008

Achter Kant

Op kantoor zijn we onze vertrouwde schoonmaker kwijt. Het was niet alleen een aardige en voorkomende jongen, hij maakte bovendien de boel netjes aan kant. Een lot uit de loterij.Eentje die je graag wilt houden. De inkopers in Den Haag hadden een nieuwe aanbesteding uitgeschreven. Zoiets moet om de drie jaar volgens Europese regels. En daar kwamen enkele nieuwe mantelpartijen uit de bus die bij de rechtbanken en ons de schoonmaakactiviteiten moeten gaan verrichten. Aan ons is een ander bedrijf toegewezen. In de eerste week hebben we al vier nieuwe schoonmakers versleten. Sonja, die met zo veel spijt afscheid moest nemen van onze vertrouwde jongen, krijgt er een punthoofd van. Woensdag kwam er een niet-nederlands-sprekende mevrouw ons pand binnen met een klein kind, ik schat van een jaar of twee, die snel naar Samira werd geleid. Die kon het Marokkaans wel verstaan. Ik grapte tegen de mevrouw met de vraag of haar dochtertje ook al een beetje een stofzuiger kon vasthouden.Ze lachte beleefd, de ironie ontging haar geheel. Ironisch is vooral het hele aanbestedingengedoe. Inkopers in het verre den Haag beslissen over de diensten die ons geleverd moeten gaan worden. Goede ervaringen tellen niet, alleen zogenaamd objectieve criteria die door het “procurement-team” zijn verzameld.
Toen we onze besognes bespraken gaf collega Fred vdW een voorbeeld hoe het aanbesteden uitwerkt in de zorg. Zijn oude moeder van 83 moet na een heupoperatie in een verzorgingshuis revalideren. Het tehuis is onderdeel van een gefuseerde zorgmoloch die de aanbesteding voor dit type zorg in de wacht heeft gesleept. Ze wordt 1 keer in de week gewassen, vaker mag niet, zo staat het in de overeengekomen zorgcontracten. Ze vroeg de zuster om haar bed te verschonen. Toen deze frisse lakens wilde pakken stond er een ander type achter haar met de mededeling dat dat toch echt niet kon. Want volgens de overeenkomst worden 1 keer per twee weken de bedden verschoond. Niet zomaar tussendoor en zeker niet als de zorgconsument daarom vraagt. Weer zo'n schrijnend voorbeeld van marktwerking in de zorg. Een inkoper van de gemeente of de zorgverzekeraar stelt criteria op en de aanbieders leveren keurig volgens bestek. De moeder met de slechte heup heeft niets te kiezen. Ze kan niet naar een ander verzorgingstehuis lopen en tegen de tijd dat ze een andere zorgverzekeraar heeft gekozen, ook 1 pot nat natuurlijk, is ze hopelijk al lang genezen. Met marktwerking heeft het helemaal niets te maken. We zijn overgeleverd aan inkoopgoden, bestekmakers en de schriele en uitgebeende contracten die daaruit voortvloeien. Voor ons kantoor is het hoogstens ergerniswekkend, voor de zorg aan ouderen is het een schande.
Weg met dit type marktwerking, weg met die kloterige inkooplaag. Er zijn betere manieren om zuinig met onze zorgcentjes om te springen. Ik denk dat ik op dit punt steeds meer achter Agnes Kant sta.

woensdag 9 april 2008

Ciske de Rat

De boekenkast van mijn ouders was een mengelmoesje. Naast een flink aantal romans uitgegeven door Callenbach-Nijkerk (protestantse signatuur), boeken over de Tweede Wereldoorlog (Loe de Jong), boeken over Twente, ook boeken met een sociaal-democratische signatuur zoals van Theun de Vries en natuurlijk van Piet Bakker. Alleen daarom al moest ik met mijn kroost naar de musical Ciske de Rat. Omdat de recensies lovend waren had ik ze beloofd dat we dit keer naar een grote musical zouden gaan. Bij reservering van de voorstelling kreeg ik een hartverzakking, ik moest diep in de buidel tasten -meer dan 50 euro per kaartje- om met z'n allen de musical in Apeldoorn (Orpheus) te zien. Als erkend doorjager van het familiekapitaal ging het me nog redelijk makkelijk af. En 6 april was het zover. Het was wat je noemt een geweldige theaterervaring. Een liveorkest in de bak en een groot ensemble op toneel in een verassend wendbaar décor. Mooie muziek van Henny Vrienten (lees hier over zijn mooiste noot) en dito liedteksten. De kinderen waren verrukt.
Nu ben ik nooit zo van de musical geweest, het blijft noodgewongen schematisch en relatief ondiep, en ook Ciske de Rat werkte bij mij niet echt. Voornamelijk, en nu kom ik politiek correct uit de hoek, omdat de vrouwenrollen wel erg gedateerd aandeden en op geen enkele manier een hedendaagse verfbeurt hadden gekregen. De moeder van Ciske een verdorven cafetype dat haar kind verwaarloosd, Tante Jans als begrijpende stiefmoeder die Vader neemt zoals die is ( een beetje slapjenusachtig drankorgel) en Betje het domme gansje die juist omdat ze simpel is ook zo lief is. Kortom een vrouwbeeld van het jaar toen. Piet Bakker mag dan een sociaal-democratisch schrijver geweest zijn maar op de feministische ladder van Opzij had hij ongetwijfeld laag gescoord. Het Callenbach-Nijkerk-publiek in Apeldoorn, ik voelde me bijna een buitenlander tussen hen, kon het uiteraard niet deren. Voor hen was het gesneden Veluwse koek Daar kwam nog bij dat Ciskes leven gered werd door de remmende werking van een Mariabeeldje dat hij in zijn binnenzak droeg,waardoor de kogel slechts zijn hart schampte. Leve de Musical.

zondag 30 maart 2008

Vlindereffect


Ik zou nog wat vertellen over de relatiedag van de SDU. Ze waren heel orgineel, die van de SDU. We kregen na ons museumbezoek namelijk twee lezingen. Nou ja, lezingen... Mevrouw Caroline van Beekhoff ging met een wilde Powerpoint-presentatie tekeer over de trends voor de toekomst. Nu is Powerpointen toch wel bijna "uit", dus dat beloofde niet veel goeds over haar getrendwatch. Liet ze eerst een dia zien met de behoeftenpiramide van Maslow ( zo helemaal "uit",dacht ik )en dan wist ik hel weer:een portie pseudo-wetenschappelijke piskijkerij in een glazen bol. Plaatjes van websites waar mensen elkaar en kinderen in de derde wereld helpen, of waar we elkaars CO2 overschot ruilen of iets dergelijks. Een potpourri van niksigheid en niet het blogvermelden waard, ware het niet dat ze heel kort refereerde aan de chaostheorie: "U weet wel van die vlinder...". Ik ontwaakte uit mijn koolwitjesdroom. De chaostheorie. Vroeger had ik Egbert M er wel iets enthousiast over horen roepen. Maar omdat hij met iedere nieuwe managementwind meewaaide had ik me er nooit in verdiept. Thuisgekomen heb ik het op Wikipedia opgezocht, de chaostheorie. De wieklsag van een vlinder kan uiteindelijk een orkaan veroorzaken, aldus deze wiskundige theorie (het vlindereffect). De meteoroloog Lorenz heeft er de Gouden Buis-Ballotmedaille mee gewonnen. Het lemma vermeldt gelukkig verder: "Begin jaren negentig kwam de chaostheorie in de de mode en werd te pas en te onpas - bijvoobeeld in cursussen voor managers - toegepast. Daarom spreken wiskundigen liever van dynamische systemen." Leve de wiskundigen die hun vakgebied niet laten verontreinigen door halfbakken managementopleiders. En of het vlindereffect bestaat zullen we in de praktijk gaan beproeven. Zou het ooit lukken een simpel blogje uit te laten groeien tot een mediahype? Onvoorspelbaarheid is de kern van de theorie. Het zou handig zijn wanneer trendwatchers zich en masse tot deze theorie bekeerden en zodoende onvermijdelijk op zouden moeten houden met hun kletskoek.
(SDU verkoopt haar educatieve tak zo werd onlangs bekend gemaakt. Lijkt me gelet op de aanpak van de relatiedag een wijs besluit)

zaterdag 29 maart 2008

Bionda


Enkele jaren geleden keek ik wel eens met de kinderen met een half oog mee naar ZOOP. Een jeugdsoapserie over het wel en wee van een groep “in-resident-rangers” van een dierentuin. Bionda was in de serie het slechte meisje. Altijd bezig met haar uiterlijk en mooie schoentjes, afkerig van de viezigheid in de dierentuin, en volop stokend in de relaties van anderen. De Joan Collins van ZOOP. Tegenover mijn kinderen riep ik altijd dat zij mijn favoriet was. Ze gaf de serie tenminste nog af en toe een venijnig karakter en ik leerde zo mijn kinderen dat je in fictie ook van slechterikken kunt en mag houden. Maar zoals zo vaak blijkt mijn liefde voor Bionda de Beetje-Bimbo niet uniek geweest te zijn.

In een interview met Nicolette van Dam in een recente TV-Gids gaat het als volgt: Door je rol in de ZOOP-films ben je een tieneridool geworden. Op internet las ik ook dat die DVD’s heel populair zijn bij mannen van middelbare leeftijd?
Is dat zo? Het was me wel opgevallen dat er zoveel vaders met hun kinderen meegaan naar de ZOOP-fandagen. Die willen dan ook altijd met mij op de foto. Een keer kwam er een gezin op me af waarvan de vader binnenkort veertig werd. Op zijn verjaardagstaart wilde hij een foto van hem samen met mij. Zijn vrouw moest die foto maken en hun kind stond bedremmeld toe te kijken . Heel gênant.

Dit noopt tot zelfonderzoek in breder perspectief. Houden mannen van middelbare leeftijf van het type vrouw dat zij speelt: gesteld op uiterlijk, hulpeloos bij de eerste beste beproeving, vol van jaloezie en de rol van intrigante bij uistek vervullend. Of is het het uiterlijk van de actrice: blond, dikke lippen en en dito boezem? Zou de combinatie van al die factoren iets wakker maken in de man van middelbare leeftijd: het oertype vrouw dat hij begeert?
Mijn aan mijn kinderen uitgesproken voorkeur blijkt niet zo onschuldig te zijn als ik dacht. Ik wacht nog wel even met mezelf een ouwe viespeuk te noemen.

donderdag 27 maart 2008

Vlinders van Coorte


De SDU hield een “relatiebijeenkomst”. Omdat mijn collega Harry andere verplichtingen had ging ik er samen met Margriet naar toe. Op het programma stond een bezoek aan het Mauritshuis en vervolgens in societeit de Witte het aanhoren van twee voordrachten, waarover in een ander blogje iets meer. Een van de weinige redenen om mij op de middag te verheugen was het bekijken van de schilderijtjes van Coorte in het Mauritshuis. We kregen een algemene rondleiding van een heel Haagse mevrouw wier enthousiasme het overigens won van haar kakkineuze voorkomen. Dus we hadden maar even tijd voor Coorte. En ik werd onmiddelijk geconfronteerd met de selectieve waarneming die dit weblog bij mij veroorzaakt. Want op enkele van die fraaie stilleventjes van Coorte is een wit vlindertje te zien.
Op een website trof ik een toelichting aan op de bovenstaande afbeelding, waarvan ik het volgende onderdeel citeer: Occasionally and unexpectedly he paints a butterfly hovering over the isolated elements in his pictures. It is possible that these butterflies-usually of the prosaic Cabbage White variety may have some allegorical significance. Transience and the mutability of all things are the usual interpretations given to their presence.
De onvermijdelijkheid van het einde van het leven en de veranderbaarheid, de gave om een metamorfose te ondergaan, zijn dus de allegorische betekenis van het koolwitje. Bij lezing huiverde ik even en bedacht me dat ik misschien een andere naam voor mijn weblog had moeten kiezen. Anderzijds vind ik het geruststellend dat je eigenlijk per ongeluk iets kiest dat men 400 jaar geleden ook al gebruikte als beeldend thema. Zo tijdelijk is het allemaal ook weer niet.

maandag 24 maart 2008

Baronesjes


Mijn twee nichtjes vertelden aan de Paasdis dat ze bij de Hoge Raad van Adel hadden geinformeerd naar de mogelijkheid om van jonkvrouwe tot barones te promoveren.
Al meer dan 10 jaar geleden werden allerlei takken van onze familie opgetrommeld in een cafe in Haaksbergen om daar kennis te nemen van een initiatief van een onzer om ons van barontitels te voorzien daar wij daar van oudsher rechten op zouden kunnen doen gelden. De verzamelde goegemeente van automonteurs, kapsters, voegers, drukkers, landbouwers, kortom een doorsnede van de huidige stand van onze stand, stemde van harte in met dit streven. En een jaar daarna mocht een aanzienlijk deel van de van Coeverdens de titel voeren. Mijn broer, geverseerd in historie en in het bijzonder de geslachtelijke aangelegenheden, voelde niets voor deze upgrade. Hij meende dat we tenminste tot burggraaf (vicomte) bestempeld zouden moeten gaan worden, al bestond deze titel in het geheel niet meer. Baron zou een afdankertje zijn dus bleef hij liever bij ons bestaande predikaat. Ik volg mijn broer in adellijke aangelegenheden, dus ook destijds. (Kwam bij dat ik de Vicomte de Valmont in Liaisons Dangereuses achter Michelle Pfeiffer aan had zien jagen terwijl hij een ander gravinnetje het bed in schaakte, en mij dus bij een dergelijke titel heel wat meer kon voorstellen.) Onze vrouwen legden zich enigszins morrend neer bij de bescheiden keuze die wij maakten. Hadden we voor "baron" gekozen dan hadden zij zich ook barones mogen noemen en ja da's heel wat voor een burgermeisje.
Nu mijn nichtjes de zaak weer ter hand hebben genomen en daar luchtig over vertelden zag je de jaloezie in de ogen van onze dames opflakkeren. Je hoorde hen hopen op een ommezwaai bij mijn broer. Hij gaf geen krimp.

zaterdag 22 maart 2008

Ni-na-Fitna



Mijn eerste huwelijksreis ging destijds, het was 1989, naar de Russische steden Moskou,Kiev en toen nog Leningrad. We reisden in een gezelschap. Een van de deelnemers was een Groningse akkerbouwer. Hij was heel opgetogen toen we in Leningrad, 't was er vele graden onder nul, enkele mannen een duik zagen nemen in de Neva. Hij vond dat stoer en mannelijk, zo kenden we in dat Nederland niet meer. Zijn Groningse uitspraak van "Neva" is me altijd bijgebleven. En in deze tijden van Obama, Ni-na-China en de coming-soon film van onze Geert, spookt die tongval door mijn hoofd. Heb daarom een kleine proeve in mijn audio-archief opgenomen, die via deze link te beluisteren is.
(Overigens hebben Coos en ik nog altijd plezier om de Wildersparodie van Koefnoen, ook al weer even geleden. Coos is beter in de zachte G en we citeren dan uit volle borst: "Ik ben niet tegen de Islam, maar tegen de uitwassen van de Islam. Ik ben niet tegen de shampoo, maar tegen het uitwassen van de shampoo". Van dat type humor liggen vader en dochter in een deuk.)

donderdag 20 maart 2008

De MilieuSmurf

Het was smurfentijd bij Albert Heijn en ook mijn kinderen verzamelden de kleine figuurtjes. Het was een rage en de 29 miljoen smurfjes waren vroegtijdig op, zo meldde het ANP afgelopen vrijdag. Ik heb de smurfen op de weegschaal gelegd en ze bleken gemiddeld zo'n 6,5 gram per stuk te wegen. Snel rekenend levert dat meer dan 188.000 kilo smurfen op. Degelijk hard plastic dat onverteerbaar aan ons milieu is toegevoegd. Nu ben ik helemaal niet zo van de milieu, ik ben een Skeptical Environmentalist, doch de kinderen beginnen er steeds vaker over te zeuren. Ze worden geindoctrineerd door de media, Al Gore onheilsboodschappen en natuurlijk door hun politiek correcte onderwijzers. En omdat het om hun toekomst gaat ben ik mild in het aanhoren van hun opvattingen. Ik kon het niet nalaten de verzamelwoede aan smurfen aan mogelijke milieuschade te relateren. In combinatie met mijn liefde voor grote getallen kon ik hun voorrekenen dat er 1880 Jannen (in Kg's dan) aan Smurfen de wereld in waren geslingerd. Als ze over drie eeuwen worden opgegraven, ze zijn niet kapot te krijgen, zal het nageslacht zich verbazen over deze vreemde afgodsbeeldjes. Ze waren in het geheel niet onder de indruk van mijn rekenpartijtje, zodat ik hun milieuliefde eveneens als een hype kan afdoen.

woensdag 19 maart 2008

Tranentrekker (2)

(Tot mijn spijt is de afbeelding hier klein weergegeven. Voor een grote versie verwijs ik naar de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam, die het allemaal in een niet kopieerbare flashsite heeft gezet, maar die je wel met een vergrootglas kunt afstruinen: doen!)

Ook deze foto stond, heel mooi groot afgedrukt, onlangs in een Volkskrant. (Bij een artikel over een nieuw boekje van Kees Fens) En bij de eerste aanblik sprongen mij de tranen in de ogen. Dat was een vreemde ervaring. Om zo door enig sentiment te worden overvallen bij een foto van een plek die ik niet ken, van onbekende mensen en van een tijd (1942) die ik nooit heb meegemaakt. Toch had'ie impact. Ik probeerde na het schokje te achterhalen waarom. En dan ga je bij een beeld redeneren en wordt het moeilijker. Het Nesciaanse van de foto, de witte lucht, de Wiegbrug in de verte, de armoe die uit de huizen en de open ramen spreekt? De wat oudere jongens die gedrieen richting de burg lopen, de kolensjouwers voor de brandstoffenhandel, de puberjongen achter de lantaarn met zijn plusfours en spencer? Nee, misschien speelde het wel een rol. Het was het jongetje helemaal rechts, in zijn korte broek, bij de meerpaal. Dat jongetje was ik.

dinsdag 18 maart 2008

Tranentrekker (1)

't Is al weer bijna anderhalve maand geleden dat deze foto op de voorpagina van de Volkskrant stond. Een tafereel uit het door onlusten en moordpartijen geteisterde Kenia. Je kunt een lange tijd afstand voelen tot wat daar ginds aan de hand is. Maar een foto als deze trekt je met een harde ruk naar binnen. In de ochtendtrein naar Utrecht sprongen de tranen in mijn ogen. Een net vermoorde moeder met achter haar haar hartverscheurend huilend kind. Wreed om zo'n foto te maken, maar de impact is overrompelend.
Lezende over de moordpartijen in Kenia voelde ik bij mezelf toch een racistisch sentiment. Iets van die wilde zwarten die zo ruig tekeer kunnen gaan. Dat een dergelijk sentiment ongepast is weet ik natuurlijk ook wel. Duitsers, Russen, Jappen, Serviers en Hollanders hebben links en rechts minstens zo heftig huis gehouden. Het komt voort uit ongerichte woede tegen het geweld aldaar en blijkbaar ergens ver weg ingeslopen vooroordelen. (Obama kan dat beter verwoorden dan ik).
(P.S. Bij het zoeken van de foto belandde ik op een column in Trouw waarin Elma Drayer vertelt over haar gevoelens bij de aanblik van de foto. )

donderdag 31 januari 2008

Schuim der natie

Op mijn vorige weblog "dagelijks leven" berichtte ik in 2005 over de streekroman die mijn grootvader ooit schreef: Huttenkloas. Het boek gaat over een boef waarvoor heel Twente bang was.
Met Derk en Emma was ik vanmiddag op zoek naar een cadeautje voor meester Veurtjes, die morgen afscheid neemt op hun school. En tussen de speciale bieren trof ik zo maar een doos Huttenkloasbier aan. Op de zijkant van de doos is een marketingslogan opgenomen die ik zelf had kunnen verzinnen: "misdadig lekker bier".
Ter nagedachtenis aan Opa kon ik het niet nalaten zo'n fraaie verpakking aan te schaffen. Met ook nog eens een glas erbij waarop de dwangstoel is afgebeeld waarop Huttenkloas (Klaas Annink) ooit 114 dagen gezeten heeft. Wikipedia vermeldt bij naspeuring ook het biermerk maar niet de roman. Werk aan de winkel om dit recht te zetten.

woensdag 30 januari 2008

Witte Vleugels

Een van mijn voormalige collega's nam een dier, in zijn geval een geit, als uitgangspunt voor zijn weblog. Dat bleek een vruchtbare en bovendien grappige benadering. Nu heb ik mezelf nog niet zo vaak met een dier geidentificeerd en ben ik wonderwel uitgekomen op het koolwitje. Met mijn bijna 1,95 meter en 100 kilo niet zo'n voor de hand liggende keuze. Ik ben dus enige toelichting verschuldigd.
Iemand heeft mijn persoonlijkheid ooit gekenschetst als vlinderachtig. Daarmee doelend op mijn steeds kortstondige interesse voor onderwerpen, het niet teveel willen focussen en uitdiepen, en het van het ene onderwerp naar het andere fladderend. Een springerige geest en daar past het wat zenuwachtig wiekende koolwitje goed bij. De keuze voor het witje is gebaseerd op mijn melkwitte huidskleur. Wanneer ik mijn vriend Sicco aan anderen voorstel als mijn oudste vriend, ik leerde hem op mijn dertiende kennen, dan refereert hij altijd aan het feit dat ik toen al zo wit was. Het heeft enige puberjaren geduurd voordat ik me met mijn witte teint heb verzoend en bij deze heb ik mijn gevoeligheid in een bescheiden geuzennaam verpakt. De kool tenslotte is bij uitstek hollands boerenvoedsel. Geen exotische vlinder maar een van het soort dat heel veel in Nederland voorkomt.
"Waar vliegen de Wilde Ganzen deze week naar toe?", zo begon IKON-presentratrice Dore Smit altijd het verre-goede-doelen-wervingsbericht. Deze herinnering, nutteloos in mijn geheugen gebeitelde woorden, parafraseerde ik bij de gedachte aan een nieuw weblog tot "Waar vliegt Koolwitje deze week naar toe?" Toen dit zich aan mij openbaarde was de keuze definitief gemaakt. U moet het doen met Koolwitje op wittevleugels.blogspot.com